‘IP-adressen zijn bijna op’

‘Binnen enkele weken’ zijn we door de voorraad IP-adressen (‘internetadressen’) heen. Dat heeft Vint Cerf, een van de oprichters van het internet, onlangs gezegd tegen de Australische krant Sydney Morning Herald.

Cerf creëerde in 1977 het internetprotocol IPv4, als onderdeel van een experiment voor het Amerikaanse ministerie van Defensie. Momenteel werkt hij bij Google. “Ik dacht dat 4,3 miljard adressen genoeg zouden zijn voor een experiment.”

IP-adressen zijn unieke nummers die toegeschreven worden aan elke computer, website of ander apparaat met een internetverbinding. Dat de adressen opraken, wil niet zeggen dat het internetnetwerk stopt. Cerf: “Het betekent alleen dat je het niet goed kan uitbouwen.”

IP-blokken eerst op, dan de adressen

Over een paar weken zijn overigens nog niet alle internetadressen verdeeld. Eerst zijn alle ip-blokken vergeven en verdeeld over de providers. Binnen een ip-blok zitten meerdere ip-adressen die dan nog wel verdeeld kunnen worden.

Van IPv4 naar IPv6: nieuwe uitdaging voor ontwikkelaars

Inmiddels is IPv6 ontwikkeld ter vervanging van IPv4. Versie 5 bleek na testen niet toereikend. IPv6 moet vooral de tekortkomingen en beperkingen van IPv4 gaan oplossen.

De uitdaging is dat bedrijven en particulieren moeten overstappen naar het nieuwe protocol. Ontwikkelaars van applicaties moeten hun oplossingen ook geschikt maken voor IPv6.

IPv6: bijna oneindig adresbereik

In IPv4 zijn maar ongeveer 4 miljard IP-adressen beschikbaar omdat er gebruik gemaakt wordt van 32-bit adressen. Dit betekent dat er geen nieuwe apparaten met een internetverbinding bij kunnen komen. Het IPv6-protocol maakt gebruik van 128-bit webadressen. Het protocol heeft hierdoor een veel groter, bijna oneindig, adresbereik.

Bron: nu.nl